Valse professoren en valse profeten. De klimaatcatastrofe tussen realiteits-satire en drama der mensheid

Door: Frank Steinkron.

Professor Pirkheimer en de botsing – Een gastbijdrage van Frank Steinkron

Toen de beweging Fridays for Future werd uitgeroepen met als parool, de wereld te bewaren voor een wetenschappelijk geprognostiseerde ondergang, namen velen dat niet bijzonder serieus. Sinds duizenden jaren is er sprake geweest van profeten, die het einde van de wereld voorspellen. En nu had zelfs ook de wetenschap in de ontplooiïng van escatologische scenario’s een toepasselijk werkterrein gevonden – en de universiteit daarmee gemaakt tot wat ze sinds de Verlichting niet meer geweest was: Een toevluchtsoord van het geloof. Maar ook dit was immers niet nieuw. Al drie decennia eerder had, Loriot-enthousiastelingen zullen het zich herinneren, de “internationaal erkende professor Pirkheimer” berekend, dat de maan van Venus, Tetra, zijn baan om Venus verlaten zou hebben en op de Aarde afgeraasd kwam. De botsing, zo liet Pirkheimer weten, zat er gegarandeerd aan te komen, wat het einde van de planeet Aarde zou betekenen.

Verantwoordelijkheidsbewuste leden van de burgermaatschappij dachten er toen al over na, hoe ze de wereld konden bewaren voor het dreigende ongeluk. Bijvoorbeeld het echtpaar op leeftijd Glöckner, dat onvermoeibaar van huis naar huis trok, om reclame te maken voor badbenodigdheden en handgemaakte badborstels (de laatste vanzelfsprekend van “zuiver natuurhaar” en aldus milieuvriendelijk en niet-industrieel vervaardigd). Wie “van binnen en van buiten schóón zou zijn, aldus de boodschap, zou “niets te vrezen” hebben. Door zachtzinnige bedreigingen lukte het zelfs om sceptici als de welgestelde vroeg gepensioneerde Heinrich Lohse over te halen tot een permanent abonnement en hem op die manier te verzekeren van het eeuwigdurende geluk.

Wat zich in 1991 in Loriots filmkomedie “Pappa ante Portas” liet aanzien als een maffe gril, verscheen na het uitroepen van de “klimaat-noodtoestand” als een voorbode van de tegenwoordige verhoudingen: Tot die tijd obscuur overkomende wetenschappers verlangden plotseling bekendheid en werden absolute autoriteiten, omdat ze – ook zonder toereikende basis voor bewijs – apocalyptische visioenen lieten doorgaan voor onomstotelijke waarheden. De door hen aangescherpte paniek zorgde voor een lichtgelovige schare van jongeren, teneinde de mensheid met nieuwe heilswaarheden het geluk op te dringen. En bekwame zakenlui grepen de gelegenheid aan om kapitaal te slaan uit de behoefte aan morele hygiëne.

Badborstels en windmolens tegen de ondergang van de wereld

Als niet minder vooruitziend bewees zich in de film van Loriot de dialoog, die het echtpaar Lohse voerde na de afname van de wereld-reddende benodigdheden. Kort daarvoor had de Heer Lohse namelijk ook nog voor de komende jaren een hele partij mosterd tegen reductie besteld, wat aan zijn gemalin een sarcastische opmerking ontlokte: “Nou, geweldig! De wereld vergaat, maar wij hebben mosterd, badborstels en badgoed.”
Dit citaat zou sommigen te binnen geschoten kunnen zijn, toen de locale Beierse pers uitbundig vermeldde, dat op de daken van alle Münchense politieposten bijenkorven waren aangebracht, om de insekten-sterfte een halt toe te roepen. Wat mooi, zullen de kritische lezers hebben gedacht: De veiligheidsorganen raken vertwijfeld met het oog op een met sprongen gestegen criminaliteit, het land koerst af op de hevigste sociale verschuivingen – maar wij hebben windmolens, electrische scooters en bijenkorven. Of, om met Katrin Göring_eckhardt, de fractievoorzitter van de Groenen, te spreken: Bij en vlinder weten thans, dat wij ons voor ze inzetten.

Het leven als realiteits-satire dus. So far so good. Of toch niet?

Uiterlijk sinds het tranenrijke woede-optreden van klimaat-profetes Greta Thunberg voor de VN, moge duidelijk geworden zijn, dat het er de milieu-activisten en de achter hen staande NGO’s niet alleen om gaat, het op zichzelf gerechtvaardigde verlangen van de milieubescherming te misbruiken voor handige charlatanerie (badborstels) en goedmenselijk welbevindings-activisme (bijenkorven) . Wat metterdaad dreigt, is de gelijkschakeling en de ontmondiging der maatschappij.

De beoogde werking blijft niet uit. Reeds nu nodigen angstig geworden demonstranten de regeerders uit om hen hun politieke en geestelijke vrijheden af te nemen: aangezien ze smeken om meer gedwongen belastingen, meer voorschriften, meer verboden en meer geestelijke leiding. De geproclameerde klimaat-noodtoestand verlangt naar een nieuwe nood-wetgeving. FFF – een ongewilde afkorting van “Free from Freedom”.

De klimaat-inquisitie

Dit alles doet denken aan het mensbeeld van de Groot-inquisiteur van Dostojewski. In een fictief gesprek met Christus rechtvaardigt de kerkvorst zijn tirannie met de bewering, dat de mens onwillig en ook niet in staat zou zijn om naar eigen zelfbeschikking te leven. Christus verwijt hij, te veel van de mensen te hebben gevergd met zijn aanbod van een absolute vrijheid en hen te hebben bedrogen, wat betreft hun geluk. Uiteindelijk heeft hij alle drie de mogelijkheden afgeslagen, die de Grote Verleider hem in de woestijn heeft voorgelegd. Ten eerste stenen te veranderen in brood, om de behoeftigen van alle materiële nood te bevrijden. Ten tweede zich van het dak van de Tempel te storten en zich door Engelen te latn opvangen, teneinde door het bewijs van zijn Goddelijkheid de twijfelaars van hun ongewisheid te verlossen. Ten derde de heerschappij over alle rijken der Aarde teniet te doen en de mensen ver verenigen in een globale gemeenschap, teneinde de angstigen te verlossen van hetgevoel van bedreiging.

Niets anders schijnt de nieuwe FFF-beweging na te streven – juist ook in samenspel met de migratie-agenda, de gender-ideologie en multiculturalisme. Net als de Grot-inquisiteur staat haar een gehomogeniseerde universele maatschapij voor ogen, die veiligheid belooft door supranationaal collectivisme, het geweten ontlast door het onttrekken van de vrijheid en oriëntering schenkt door het scheppen van een Messiaanse leidersfiguur. Sceptici worden als zondaars aan de kaak gesteld, dissidenten ziek verklaard. En enkele extremisten richten reeds de eerste verbale brandstapels op: Wie het bestaan van allen op het spel zet, verspeelt ook meteen zijn eigen bestaansrecht. Volgens het motto van de Beweging ’68 “Maakt kapot, wat jullie kapot maakt!” wordt de vervolging van andersdenkenden eerst noodweer, vervolgens verzet en tenslotte heilige plicht.

Uiteindelijk berust deze radicalisering op een dichotoom wereldbeeld. Er is niets dan Goed of Kwaad, acceptatie of verloochening, overgave of verraad. De zingeving verheft zich boven het recht, de emotie boven het verstand. Versterkt en gestuurd wordt dit manichaïsche sektariërdom door zelfbenoemde hogepriesters. In naam van een nieuwe burgerreligie verlossen zij van schuldgevoelens, die zij eerder zelf in de mensen hebben opgewekt. Ze nemen angsten weg, die ze zelf aanscherpen en bevrijden van twijfels die ze zelf zaaien.

Bekering in plaats van erkenning

Natuurlijk, en dit is meer dan alleen maar een neven-effect, ontwikkelt dit systeem ook nieuwe heerschappij-structuren. Een democratie, waarin de onwetende massa haar kortzichtige behoeftes door middel van het meerderheidsbesluit kan doorzetten en waarin de ‘verkeerde ‘meningen vrij kunnen worden geuit, geldt als niet meer ongeschikt voor de toekomst. Voortaan is er behoefte aan de sturende autoriteit door ‘deskundigen’. Die noemen zichzelf Scientists for Future. De keuze van de naam is programma.

De academische systeem-elite assisteert de nieuwe priesterkaste als intellectuele raad van bewakers. Haar competentie leidt ze slechts af uit de bewering, dat ze het voor 97 procent eens is. Erkenning komt dus niet voort uit het discours, maar uit een a priori gegeven gewisheid. Wetnschap wordt bekering. Ook dit is niet nieuw. Reeds in vrogere eeuwen heerste onder de deskundigen bij tijd en wijle volledige overeenstemming betreffende elementaire kwesties – bijvoorbeeld over dat de zon om de Aarde zou draaien. Wie het anders zag, werd door de Inquisitie gedisciplineerd.

De hel op Aarde.

Sindsdien ging jeugdterreur gepaard met huichelarij. De gewetenlozen appelleren aan het geweten, de immorelen prediken de moraal, de ongelovigen zweren bij het geloof. Zij aan zij met het bedriegen van de naïevelingen gaat het zelfbedrog der hoogmoedigen. De klimaat-activisten zijn ervan overtuigd, het verloren Paradijs te kunnen terugwinnen: niet langer door technische vooruitgang, zoals bij vroegere generaties, maar door terug te keren naar pre-industriële verhoudingen.

Tegelijkertijd wordt de rol van de redder der wereld, die ooit bij voorkeur werd opgeëist door tribuuns, revolutionairen, demagogen en dictators, gepopulariseerd (in zekere zin als schadeloosstelling voor de onttrekking van reële democratische grondrechten). Zoals bekend eindigden in vroeger tijden de pogingen om het Paradijs op Aarde af te dwingen steeds weer in één ding: de hel op aarde. Dat het dit keer anders zal gaan, valt te betwijfelen.

De volven in schaapsvacht

Daarmee is echter klimaat-waanzin geen Loriotse realistische satire meer. Het is een werelddrama in dezin van de Spaanse dichter en mysticus Calderon: Er woedt een strijd om de mensen en hun zielen. Des te meer zou men juist de vele jongeren met hun door ideologen msleide idealisme de waarschuwing van Jezus voor de valse profeten op het hart willendrukken. Zij zullen in tijden van verdrukking optreden als wolven in schaapsvacht, om de mensheid met goedkope beloftes tot waanzin te drijven (Evangelie vlgs. Mattheüs 7, 15-16 en 24, 23-32).

Als iets de wereld kan redden, is het de vastbeslotenheid om dergelijke totalitaire heilbrengers te weerstaan.

Door: Frank Steinkron.
Vertaling: Theresa Geissler.
Bron: https://philosophia-perennis.com/2019/10/01/falsche-professoren-und-falsche-propheten-die-klimakatastrophe-zwischen-realsatire-und-menschheitsdrama/