Door: Theresa Geissler.
HET PROTEST TEGEN ZWARTE PIET TIJDENS DE INTOCHT VAN SINTERKLAAS, ZATERDAG 16 NOVEMBER 2019.
“Meer “witten”, dan “Zwarten”, was mijn eerste gedachte.
Het was -want ik controleerde dat ter plekke- vijf vóór half één ’s middags en de hele meute bleek al present op de hun toegewezen plek aan de Koorstraat, die (opmerkelijk genoeg) enige dagen tevoren al door de pers bekend was gemaakt. Dat was zelfs zó opmerkelijk geweest, dat ik tot op het laatste ogenblik rekening had gehouden met de mogelijkheid van een ‘vals spoor’, in die zin, dat de bekend gemaakte locatie achteraf ‘fake’ zou blijken te zijn om de kans op escalatie bij voorbaat te verhinderen: In deze tijd moet je tenslotte met alles rekening houden, vandaar dat ik dat als eerste voor mezelf was gaan checken.
Maar nee: het klopte. Het waren er, naar schatting, op dat moment zo’n 60 á 70 – het NHD had die ochtend laten vallen, dat er zo’n 200 werden verwacht, maar daarvan was dan toch weer geen sprake; toen niet, en ook aan het eind, zo’n 2,5 uur later niet. Ze stonden daar op het oog goed beschut in hun ‘hoekie’, later nog extra afgeschermd door dranghekken, want, al zou de grote koning van de dramcultuur, Jerry Afriyie, dat natuurlijk nooit zo onder woorden hebben gebracht, het was uiteraard ook hèn verboden, zich buiten de grenzen van de aangewezen plek te begeven, evenzeer als voor de passanten om er te dicht in de buurt te komen.
Hoe dan ook zorgde dit op een kluitje houden van het hele gezelschap bij de eerste oogopslag voor overzichtelijkheid, wat mij tot bovengenoemde conclusie deed komen. Of, zoals later een getuige het ergens op twitter zou uitdrukken: “Het grootste deel is waarachtig blanker dan Amerigo, het paard van Sinterklaas!”
Afriyie-zelf, die vermoedelijk definitief onze stad met zijn aanwezigheid had kunnen “vereren”, doordat Hoorn officieel door de knieën was gegaan, zodat een demonstratie dáár “niet langer nodig was geweest” (on-eervolle ‘verlossing’ voor de Hoornaren, als je het mij vraagt) was verreweg de donkerst gekleurde van allemaal, waardoor z’n inmiddels beruchte kop met veel demonstratief ‘animerend’ tandengeblikker meteen opviel.
Een paar voorbijgangers waren intussen al wel ‘hangerig’ blijven staan, maar veel waren het er nog niet. Ach, het was ook nog vroeg. Ik hoopte dan maar, dat het er nog meer zouden worden (want wat er buiten de dranghekken stilstond was tenminste zichtbaar n i e t op de hand van de demonstranten) en liep vooralsnog door -zij het niet zonder in het voorbijgaan snel even een nijdige middelvinger op te steken, richting KOZP: Ik wilde tussendoor even poolshoogte gaan nemen over hoe het op het Waagplein gesteld was.
Dat bleek allemaal dik in orde. Niet alleen was deze locatie, waar later Sinterklaas en zijn gevolg ontvangen zouden worden, ver genoeg verwijderd van de Koorstraat -KOZP zou bijgevolg hooguit een moment merkbaar aanwezig kunnen zijn voor de passerende optocht-annex-rijtoer aan het eind- het plein stroomde tevens in korte tijd overvol met ouders met hun – jonge – kinderen, zodat hier, normaal gesproken, van ongeregeldheden amper meer sprake kón zijn. De reeds aanwezige ‘Pieten’, althans de volgroeiden onder hen, waren, conform de planning, nog steeds roetzwart. Ja, zelfs onwaarde ik er minstens twee, die de traditionele gouden oorringen in ere hadden gehouden, ondanks de eerdere verzekering door commissie-voorzitster Lida Mathot aan de pers, dat het in de ban doen van die oorringen één van de weinige concessies was, die ze aan ‘de roep om verandering’ had gedaan. Als dit van die twee mocht worden opgevat als teken van rebellie, dan beviel het me!
Een andere van tevoren aangekondigde concessie, waaraan wèl strikt de hand gehouden werd, was, dat de jongste deelnemende pietjes aan de zang en dans op het podium, consequent wèl als ‘roetvegertjes’ waren geschminkt, vanwege “nog niet vaak genoeg door de schoorsteen gegaan zijn”. Daar had i k me eerlijk gezegd al over opgewonden, zodra ik het in de pers had gelezen, omdat het me reeds toen een verkeerd signaal leek – en trouwens nóg lijkt. Maar enfin, je moest dat dan voorlopig maar opvatten als een “tot-hier-en-niet-verder”-concessie, temeer, daar Afriyie c. s. er duidelijk niet van onder de indruk was geweest: In geen geval hadden ze het hoe dan ook voldoende gevonden om ook aan Alkmaar het, ronduit smádelijke, Carte Blanche uit te reiken, dat Hoorn ten deel gevallen was, en ik voeg daar welgemeend aan toe: Gelúkkig niet!
Ik liet het feestelijk welkom verder het feestelijk welkom – dat was echt de afdeling van de verzamelde kinderen en hun ouders – en keerde terug naar de Koorstraat. KOZP had intussen, samengepakt in hun ‘hoekie’, definitief het scanderen van hun inmiddels overbekende leuzen ingezet – begrijpelijk, omdat ze toch iets moesten doen om de wachttijd te korten tot hun enige eigenlijke moment van triomf: het moment, waarop de Sinterklaas-optocht zou passeren.
Ook ik ging nu over tot ‘blijven hangen’ (als je hoopt, dat anderen dat zullen doen, moet je er toch minstens zelf mee beginnen) en wachtte maar min of meer af. Het ge-scandeer van KOZP was gemakkelijk te negeren: gewoon jezelf er hermetisch voor afsluiten. Maar enig tegengeluid was desondanks een ‘must’ en aanvankelijk leek het twijfelachtig, of dat er nog van zou komen. Georganiseerd was er officieel niets; dat had woordvoerder Thomas van Elst van “Alkmaar handhaaft Zwarte Piet” in zijn ‘ondoorgrondelijke wijsheid’ – of mogelijk tweeslachtigheid – niet willen doen. Alles goed en wel, maar een blamage, werkelijk een blamage zou het geweest zijn, als de aanwezigen búiten KOZP aan de Koorstraat de hele manifestatie zónder één enkele tegenreactie, gelaten over zich heen hadden laten komen. Iets van de andere wang toekeren. Kán in sommige gevallen worden gezien als een uiting van geweldloos, maar rotsvast verzet; evenwel bepaald niet in een situatie als deze, helaas…
Ik werd er iets geruster op, dat er tenminste nog iets van een tegengeluid te horen zou zijn, toen groepjes jongeren – aan hun persoonlijke uitdossingen niet direct, aan hun samenkleven ergens nog wèl herkenbaar als (AZ) voetbalsupporters, zich gaandeweg in de Koorstraat vervoegden – aan de kant, waar ik al stond. Goddank, want dat maakte de kans op hoorbare reuring tenminste nog wat groter. Die reuring is er ook wel geweest (onder de supporters bevonden zich ook nog twee ‘Pieten’ in vol ornaat). Echter niet, zonder dat de uitmuntend geïnstrueerde – wat waar is, is waar – politie het ‘gevaar’ eveneens in de gaten had en plotseling vanuit het niets in grote getale paraat stond, om zowel hen, als alle overige aanwezigen ‘met zachte hand’ naar achteren te dringen, zodra er signalen doorklonken, dat de optocht er aan kwam.
‘Met zachte hand’ was- en bleef het metterdaad, want niemand had duidelijk de intentie om zich te verzetten tegen de politie, die, dat leken ook de supporters wel te beseffen, niet anders dan haar werk deed; De algemene verontwaardiging was tegen Afriyie en zijn troep linkse (eerder dan ‘zwarte’) querulanten gericht en tegen niemand anders, de Hermandad alhier niet uitgezonderd. Het was daarom, denk ik, dat niemand het tot aanhouding liet komen, maar aan de andere kant evenmin afhaakte en aldus bleef staan, waar men op een gegeven moment mócht blijven staan, al was dat nóg zo’n stuk naar achteren: Op deze manier was het althans nog mogelijk, onze ‘stem’ te laten horen op het moment van het passeren van de feeststoet. Wij op dát ogenblik , met behulp van de gangbare ‘pro-Piet’ – koren (“Schaam je kapot!” etc.) en KOZP het volgende met de hunne. Het was zeker niet álles, maar in ieder geval wel het mógelijke. Overigens waren er aanhoudingen verricht, noch gewonden gevallen, aan geen enkele kant.
Vervolgens bleek echter dan weer de keerzijde van de medaille, namelijk, dat het adequate optreden van de politie Afriyie, veilig als hij zich kennelijk voelde, overmoedig had gemaakt: Waar KOZP normaal gesproken steeds opbreekt, zodra de stoet voorbij getrokken is en haar taak “er op zit”, bleef meneer de “Volksheld” (van ‘zwart’ of van links ‘wit’? – that’s the question) nog minutenlang doorspreken met een air, alsof hij ervan verzekerd was, het pleit hier al definitief gewonnen te hebben! Hij dúrfde nu, als het ware, ondanks dat de politie de blokkade inmiddels had opgeheven en het de mensen weer was toegestaan (tenminste zolang het maar niet in te grote groepen was) langs het ‘protestvak’ van KOZP te lopen. Ook ik deed dat, liep het een eindje voorbij en weer terug, bleef weliswaar op de andere stoep, maar zag toch kans om op een gegeven ogenblik zowel moed- als adem te scheppen: “OPDONDEREN, AFRIYIE!” hoorde ik mezelf tot mijn eigen lichtelijke verwondering snerpen, en, na een korte pauze: “GA IN JE LAND GHANA DE KINDEREN UIT DE MIJNEN HALEN! OPGEDONDERD HIER!”
Meer niet. Maar het wás er uit.
Weliswaar nam niemand het over. Maar evenmin greep iemand in. Ook de nog aanwezige politie niet.
Ja, Afriyie voelde zich gesterkt. Zelfs zó, dat hij, naar verluid, inmiddels ‘ervan overtuigd is, dat een nieuwe demonstratie hier het volgende jaar niet nodig zal zijn, omdat Alkmaar, volgens hem, dan gegarandeerd Zwarte Piet-vrij is…’
Waar hij het vandaan haalt, is niet helemaal duidelijk. Maar wèl, dat de conclusie nogal voorbarig is, aangezien de gemeente op dit moment dergelijke toezeggingen nog helemaal niet gedaan heeft en zelfs Lida Mathot in de pers heeft laten weten, vooralsnog zeker niet verder te willen gaan dan de concessies, die de Sinterklaas-commissie inmiddels al gedaan hééft: met de jongste ‘roetveeg-pietjes’ en verder de -relatieve- matiging met kroeshaar, sieraden en lippenstift. Dat voor het overige Zwarte Piet in Alkmaar in beginsel gewoon ZWART blijft. En dat daar zeker door ene Jerry Afriyie nog steeds het laatste woord niet over gesproken is!
Dus hoe hij daar nu in ’s hemelsnaam bij kómt…
Zou het kunnen zijn, dat hij zich verkijkt op de nuchtere, verstandige Noordhollandse inslag van de gemiddelde Alkmaarder, de meeste AZ-supporters inbegrepen, die instinctief weten, wanneer ze het beste pas op de plaats kunnen maken, op de momenten, dat ‘escalatie’ nu eenmaal niets toevoegt, maar eerder afbreuk doet aan de eigen zaak? Dat hij niet ziet, dat dit verder niets te maken heeft met “overgave” of “inschikken”, maar met een reële manier om de zaken in de hand te houden, zonder uiteindelijk je principes te laten varen?
Mocht dat het geval zijn, dan kon hij wel eens behoorlijk van zijn stuk raken, wanneer blijkt, dat hij volgend jaar rond deze tijd, althans vanuit z i j n perspectief, wederom in deze stad zou moeten komen opdraven…
Zelfs zó, dat hij er vervolgens toch maar voorgoed van afziet… zij het dan om íets andere redenen.
Door: Theresa Geissler.