Door: Wolfgang Hübner.
Binnen het Berlijnse partijenkartel wordt momenteel, begeleid door het gepeupel van de media, onderhandeld over zowel de nieuwe regering alsook over het verdelen van de posities. Eén ding is zeke: Het machtscomplex in Duitsland zal door geen enkele mogelijke coalitievariant worden aangeraakt. Daarentegen wordt dit machtscomplex bedreigd door gevaren vanuit een heel andere richting.
Want zowel de avontuurlijke financiële politiek van de EU, alsook de consequenties van het “redden van het klimaat” zullen voor vele miljoenen mensen, die nu nog met grote meerderheid voor het partijenkartel hebben gestemd, steeds meer merkbaar: De inflatie stigt, de energiekosten evenzeer. Verbonden hiermee zijn zeer reële inkopmensverliezen, die in het bijzonder modale- en beneden-modale verdieners zowel als gepensioneerden treffen. Maar ook voor bovenmodale verdieners wordt het leven duurder, het gespaard vermogen verliest aan waarde.
Tegen deze ontwikkeling heeft geen van de gevestigde partijen een remedie. Hoe zou dat ook kunnen, waar ze allemaal immers achter achter de ECB-politiek van het voordelige geld en de daaruit voortvloeiende nul- resp. negatieve tarieven staan. Tevens stimuleren en verdedigen ze allemaal de wereldwijd unieke Duitse energiepolitiek, die thans ook materieel haar meedogenloze schaduwkanten laat zien.
Voor de werkelijk vermogenden, voor in openbare Dienst afgeschermde kringen en voor het niet geringe aantal onbemiddelden, die transferbetalingen van de staat betrekken, vormt dit alles geen buitengewoon pijnlijk probleem. Maar voor de grote massa van de werkende loonontvangers en de van hun pensioenen levende mensen in Duitsland is het een toestand, die hun financiële situatie elke maand sterker bedreigt.
Wie benut dit politiek-strategisch?
Deze situatie heeft er al toe geleid, dat de SPD – in illusionaire verkenning van hun ware karakter – bij de parlementsverkiezingen wederom een vermeerderde toeloop had. Het slechte resultaat van de Linkse partij weerspreekt deze inschatting niet, aangezien niemand de Linksen een echte verandering toevertrouwt. Daarnaast zijn velen afgeknapt op hun migratie- en identiteitspolitiek.
En in de AfD werd juist in het westen van Duitsland geen partij met een algemeen overtuigend sociaal programma erkend. Dat ligt uiteindelijk minder aan de miskenning van de kiezers, als hieraan, dat in het westen de AfD op veel plaatsen als verdedigster van de sociale staat, die de onontbeerlijke materiële basis van de nationale staat is en blijft, zich totaal onvoldoende representeert of zich al te heftig tegen een dergelijk nadrukkelijk principe verzet.
Mocht de Linkse partij – hoe onwaarschijnlijk dit momenteel ook mag zijn – zich na haar verkiezingsdebacle toch nog oriënteren op de koers van Sahra Wagenknecht, dan kan dat het bestaan van de AfD zeer snel aan een zijden draad doen hangen. Vooreerst evenwel heeft de AfD alle mogelijkheden om vanwege de nieuwe onsociale ontwikkelingen de politieke belangenvertegenwoordiging van de grote massa, die thans ook geheel openlijk wordt uitgeplunderd, te worden. De kartelpartijen zitten hoe dan ook in de val, die ze met de EU- klimaat- en energiepolitiek voor zichzelf hebben uitgezet, vooralsnog zonder uitzicht, daaruit te ontsnappen.
Weliswaar kunnen hun propaganda-handlangers uit de media veel onduidelijkheid verspreiden. Evenwel kunnen zij de krimpende inkomens van de modale- en beneden-modale verdieners, evenals van de gepensioneerden met ideologisch geklets niet uitwissen. Derhalve is het Uur van het Sociale Alternatief aangebroken. Of en hoe daarvan politiek gebruik wordt gemaakt, vooral echter door wie, dat is de vraag.
Door: Wolfgang Hübner.
Vertaling: Theresa Geissler.
Bron: http://www.pi-news.net/2021/10/die-stunde-der-sozialen-alternative/